Osmose komt niet veel voor bij de Marieholms. Toch zijn er leden die er wel mee te maken krijgen. Hieronder een beschrijving van Fred Wisman.

“Het was mij bekend dat mijn IF wat pukkeltjes had op de waterlijn en ter hoogte van de stringers in het schip. De stringers zijn de ingelamineerde latten, waaraan de binnenbetimmering is vastgemaakt. In november dacht ik dat schuren we kaal en daarna zet ik de hele onderkant in de epoxycoating.

De IF heb ik 6 jaar en van de vorige eigenaar heb ik foto’s gekregen waarop de IF, met een geheel kale onderkant, staat afgebeeld in 1995. Hij heeft er toen twee lagen VC-tar opgezet en daar overheen koperhoudende VC17M. Deze antifouling mag niet meer, dus een goede reden om het schip kaal te schuren tot op de VC-tar. Dit laatste is een twee-componenten product.

Uit ervaring weet ik dat je het schip zo snel mogelijk moet schuren, want dan steken de”pukkeltjes”wat uit en schuur je mooi de kop eraf, zodat je kunt zien hoe de stand van zaken is. Dat was toch wel schrikken. Het hele schip bleek vol te zitten, althans alles wat onder water zit boven de kiel. Ik heb toen alles goed geschuurd tot op de witte gelcoat. Met een geleende vochtmeter ben ik twee maanden later eens gaan vochtmeten. Op een aantal plaatsen sloeg de meter uit tot ver in het rood. Veel te vochtig dus. Dit heeft me erg aan het denken gezet en doen besluiten de gehele onderkant, van de waterlijn tot de kiel, tot op het laminaat kaal te schuren. Vele mogelijkheden geprobeerd en er achter gekomen dat een boormachine met daarop een flexibele rubberschijf met schuurpapier 120 het beste gaat.

Wat ik toen zag deed mij erg schrikken. Er bleken heel veel luchtinsluitingen te zitten tussen de gelcoat en het laminaat. Op een aantal plaatsen waar verschillende laminaat glasmatten bij elkaar komen zaten hier en daar gaten van 4 centimeter lang en bijna een centimeter diep. Ook zag je op plaatsen veel glasmatdraden zitten. Kortom slecht polyesterwerk van de fabriek. Gelukkig zitten de luchtinsluitingen allemaal aan de oppervlakte en nergens tussen de glasmatlagen in. Afkloppen van het geheel gaf aan dat het polyester mooi hard was. Geen zorg dus.

Wat moet je hier nu aan doen?
Raadplegen van vaklui en internet. Professioneel verhelpen doe je niet snel met prijzen tot 6.000 euro. Bovendien wil ik alles zelf doen omdat ik dat leuk vind. Op internet een aantal verhalen ontdekt, die mij erg aanspreken. Samengevat gaat het volgende gebeuren. Goed glad schuren en met aceton schoonmaken. Dan komt er dunne impregneerhars (epoxy) op om de buitenkant zoveel mogelijk te verzadigen en kleine luchtinsluitingen te vullen. Daarna plamuur ik de onderkant met ingedikte epoxy met glassbubbels. Daarna weer licht schuren en schoonmaken met aceton. Vervolgens zet ik een zestal lagen Heavy Duty coat van de Fa.Duursma uit Wolvega op het schip. Antifouling komt er niet weer op, want het schip is zo glad als een aal na deze behandeling. Qua kostprijs gaat dit ongeveer 250 euro kosten. Bij vrienden is dit een zeer goed product gebleken op een schip, dat vol zat met osmose. Overigens hebben de bekende merken ongeveer gelijkwaardige coatings, die vaak wel twee keer zo duur zijn.

Uiteraard wil ik het polyester zo droog mogelijk hebben voor dat ik met epoxy begin. Ik maak daar echter geen drama van, want het polyester droogt ook naar binnen uit. Goed blijven ventileren dus en geen water in de kastjes laten staan. Drogen naar binnen wil ook wel want de romp is enkelschalig en heeft geen sandwichdelen met uitzondering van eerder genoemde stringers.

De boot is er begin november 2002 uitgekomen. Er zat nauwelijks aangroei op. Eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat ik er gedurende het seisoen wel een paar keer met een bezem onderdoor ben geweest. M.n. voor de aanvang van de 24-uurs race. In de haven is de boot met een hoge druk spuit schoongemaakt. Osmose of pukkeltjes werden niet waargenomen. Ook lukte het niet om met de hoge druk spuit er wat coating af te spuiten Na 14 dagen heb ik weer eens met geleende vochtmeter de vochtigheid gemeten. Tot mijn plezier bleek het schip droger te zijn dan op het moment dat ik met de behandeling begon. Overigens, voor mijn gevoel, was het schip in de zomer in de kastjes ook droger, doch dat kan een gevoel zijn. Ik moet wel zeggen dat op de bodem van het schip geen isolerende matten e.d. meer liggen. Daar wordt het namelijk wel nat onder. Droog houden aan de binnenkant is, voor mijn gevoel, zeer belangrijk. Luchten dus al je daar de mogelijk toe hebt in de zomer. Bij niet varen de kastjes open laten staan. Rond de feestdagen heb ik nogmaals twee lagen heavy duty coat aangebracht, simpel omdat ik dit nog had. Vooraf heb ik het schip met water zeer schoon gemaakt en de “oude”laag opgeruwd. Deze lagen zijn aangebracht in een verfloods, daar de luchtvochtigheid buiten veel te hoog is.

Voor de liefhebbers: In totaal moeten er nu ongeveer 10 lagen h.d. coat op het schip zitten. Ik heb vorig jaar namelijk 5 kg epoxy h.d. coat gekocht en 2.5 kg harder. In totaal dus 7.5. kg. Per schilderbeurt, overigens met de roller, ging er ongeveer 700 gr. Samen met vijf epoxy rolletjes en een verfbakje was ik hiervoor 130 euro kwijt. Antifouling heb ik niet meer aangebracht”.

Drogen van je schip
In de Waterkampioen stond een goeie tip voor het van binnenuit drogen van een schip. Neem enkele panties en vul de panties met wegenzout (te halen bij gemeente of elders). Hang enkele van deze worsten in de boot. Door de sterke hygroscopische werking van het zout, verlaag je hiermee de relatieve vochtigheid in het schip. Daardoor zal vocht in de huid sneller naar binnen trekken. Vergeet niet een emmer of pannetje onder deze ‘worsten’ te hangen want er drupt water naar beneden!

“Hang washandjes gevuld met keukenzout in de boot. Zelfde principe, maar wel veel goedkoper dan de ‘vochtvreters’ van o.a. Bison. Werkt inderdaad goed: we hebben een paar liter water opgevangen”.